Jan Elburg (bekende dichter uit de jaren 50), maakte zowel van mijn moeder als van haar jongere broer naaktfoto’s. De foto’s zijn genomen vanaf hun 14e tot hun 19e jaar. Mijn moeder moest bij elke foto in hetzelfde teiltje water staan en zich met een spons wassen. Jan Elburg woonde samen met mijn oma, Lotte Ruting (gevierd grafisch ontwerpster in de jaren 50). De foto’s zijn nooit in de publiciteit gekomen. Ze zijn een onderdeel van de erfenis van het werk van mijn oma.
In het artikel van Joke de Wolf ‘Laat zien, die viezigheid.’ (Trouw, 10 februari 2018) schrijft ze: “Nee, iets afbeelden is niet hetzelfde als het doen of willen. (..) Modellen als Breitners Geesje Kwak (..) verdienden voor het poseren meer geld dan voor hun gebruikelijke werk – ze kon waarschijnlijk met dat geld emigreren naar Australië. (..)”
Dus? Dat zegt toch niets over de gevoelens van de modellen zelf, ook al is er misschien niets gebeurd. Ze gaat voorbij aan het effect van de blik -en het uiteindelijke werk- van de kunstenaar op het model.
Heel in het kort: mijn moeder en haar broer woonden in een kindertehuis toen mijn oma na de oorlog een relatie met Jan Elburg kreeg en zij samen gingen wonen. Mijn oma beloofde de kinderen dat ze weer bij haar konden wonen, maar Jan Elburg heeft dat nooit goed gevonden. Ze mochten soms in het weekend blijven logeren. Je bent niet welkom als kind, je hebt geen echt thuis en je krijgt geen warmte en liefde, maar als kwetsbaar jong meisje wordt wel je ontluikende sexualiteit bekeken en begeerd. Zonder dat er iets gebeurd is, zitten hier toch behoorlijk verknipte boodschappen in. Boodschappen waar zij in haar latere leven nooit overheen is gekomen: ondanks dat ze een mooie, intelligente, warme en lieve persoonlijkheid was, had mijn moeder geen eigenwaarde.
Is dat veroorzaakt door die naaktfoto’s? Nee, natuurlijk niet alleen daardoor, maar het heeft het wel versterkt. Kunstenaars die dit soort kunst maken zijn verre van onschuldig. Hun werk moet zeker in dit licht bekeken worden. Net zo als elke andere beeldvorming. Laten we dat in godsnaam niet bagatelliseren. Ook niet in de kunst. Ja, zeker, laten hangen die kunst, maar niet zonder tekst en uitleg. Artistieke vaardigheid staat los van de onderwerpen die de kunstenaar kiest; je kunt èn vrouwonvriendelijk zijn èn goed werk maken. Nu zijn het mooie voorbeelden van hoe het was en hoe het niet moet. Perfect voor bij de geschiedenisles over de ontwikkeling van de vrouw. Een les die elke middelbare school in haar volledigheid zou moeten geven. En die, net zo als de algemene Nederlandse -patriarchale- geschiedenis, verplichte kennis zou moeten zijn voor alle Nederlanders. Ook de buitenlandse Nederlanders.
Er is nog iets: ik vind het fijn als ik mijn partner kan verleiden en als hij mij aantrekkelijk vindt, als het maar niet de norm is. Het gaat fout wanneer ik over mijn eigen grenzen ga om hem plezier te -moeten- doen. Ik wil op hem afstemmen wanneer ik daar zelf zin in heb. Ik kom weer uit bij het liefdesspel. Spelend zoeken, bewust van wat je voelt en wat je wilt, met het vermogen om je grenzen aan te geven. Voor mannen zowel als voor vrouwen. Onze allereerste taak als mens; wie ben ik, wat wil ik, waar ligt de grens tussen mij en die ander, en bovenal, waar ben ik trots op, wat kan ik goed. De thema’s van de onderste drie chakra’s. Daar ligt de basis voor herschepping.
Goed stuk. Maar: Jan Elburg was een dichter, geen fotograaf. Zijn foto’s ken ik niet. Maar vooralsnog vraag ik me af of ze zich kunnen verschuilen onder de dekmantel van de kunst, of dat ze een voorwendsel waren voor intimiderende intimiteit.
Dank je! Ik denk beide. Jan Elburg en mijn oma behoorden tot de vijftigers, dat was een hechte groep, een beweging. Gedreven door vernieuwing in de kunst en de literatuur stond elk woord en elke actie in het licht van de kunsten; ze leefden het. Het is mijn moeder en haar broer in ieder geval vanuit die invalshoek aangepraat. Zijn de kunstenaars uit die tijd niet begonnen met het zoeken naar een andere uiting van het -seksuele- lichaam? De burgerlijke moraal werd verworpen en binnen de vrijheid die ze zich hadden toegeëigend tastten ze de grenzen af. Ze waren de voorlopers van de zestigers, die nog veel verder gingen. Bij wie seksualiteit zo’n beetje het belangrijkste onderwerp leek. En helaas toen nog steeds vooral de mannelijke seksualiteit. Zijn de vijftigers eigenlijk niet de eersten die openlijk van hun seksualiteit genoten? Uiteindelijk heeft dat ook op de vrouwen een goed effect gehad. Is het de kunst geweest die seksualiteit heeft bevrijd? Het waren zeker niet de werkgevers, of de politiek. Misschien een mooie om het belang van de kunst in de maatschappij aan te geven.